Arian


Ik ben vrij lang geleden geboren in het baggerdorp Sliedrecht en daar blijven hangen. Als je me vraagt waarom weet ik dat eigenlijk zelf ook niet zo goed.

Het was vroeger bij ons thuis best wel een muzikale boel. Mijn moeder zong zeer verdienstelijk operettemuziek in een kamerkoor waarmee her en der werd opgetreden. Mijn vader speelde mandoline maar dan echt, op z’n Italiaans zal ik maar zeggen.
Mijn zussen zongen, vaak tijdens de afwas, tweestemmig de olijkste nootjes.

Pa was meubelmaker en presteerde het om helemaal zelf een gitaar te bouwen. Ik denk dat ik zo’n jaar of 12 was toen ik daarop het deuntje Saint Quentin van Johnny Cash pingelde. Daar ben ik lang in blijven hangen totdat ik op mijn 18e de eerste akkoorden van een vriendje leerde. Hij gaf mijn zijn oude Eko gitaar en ik ging er tegenaan.

Ik heb een brede belangstelling voor (gitaar)muziek ontwikkeld en vond (en vind) bijna alle muziek leuk en interessant. Daarmee haalde ik ook meteen het probleem in huis dat ik me niet een bepaalde stijl heb eigen gemaakt. In die zin zou je mij dus tamelijk “stijlloos” kunnen noemen.

De gitaarmuziek is onderdeel van mijn leven geworden en ik vind het fijn om te spelen, zowel alleen als samen of in een groep. Inmiddels heb ik ook de mandoline als tweede instrument omarmd, wetende dat ik hiermee nimmer in mijn vaders voetsporen zal kunnen treden.

Jan en ik hebben ook een stukje gezamenlijk verleden.
Jaren geleden hebben we samen auditie gedaan voor een Haagse Indo- band. Dat klikte niet zo geweldig, dus dat bleef bij eenmalige sessie.

Enige tijd daarna zijn Jan en ik, samen met twee bandleden van de bekende band SAHDW en aangevuld door een fijne zangeres het bandje ”ZONDERMEER” gestart. Dat is een leuke periode geweest, maar helaas is de band door tijdgebrek van een aantal leden niet tot volle wasdom gekomen.

Overigens spelen Jan en ik nog redelijk vaak samen, Jan beroert dan de toetsen van zijn Hammond, de onderlinge harmonie levert dan soms opmerkelijke resultaten op! Het verzamelen van snaarinstrumenten is inmiddels een wat uit de hand gelopen hobby geworden, ik beschik nu over dertien bespeelbare instrumenten waaronder zes akoestische gitaren, drie elektrische, een steel lap, een mandoline, een banjo en een basgitaar en daarnaast nog wat exotisch ondefinieerbaar spul.​

Nu inmiddels samen met Jan, aangetreden tot het gilde PURPLE X  Acoustic en in afwachting van betere tijden zodat we vol enthousiasme de muzikale draad weer kunnen oppakken.